Hogeschool Leiden en mboRijnland werken al jaren samen op het gebied van laboratoriumonderwijs. Een zeer hecht samenwerkingsverband, benadrukt Otto Jelsma. Joeri van den Steenhoven spreekt zelfs van een bijzondere historie. Dat daar bedrijven en overheid aan worden toegevoegd in de vorm van het Centrum voor Innovatief Vakmanschap (CIV) Bio Sciences zien beide heren als een logische stap. “In veel opzichten is CIV Bio Sciences uniek.”
De samenwerking tussen mboRijnland en Hogeschool Leiden is er al, naar ieders tevredenheid. Wat is de toegevoegde waarde van CIV Bio Sciences?
“Deze wens stond al langere tijd op ons verlanglijstje”, begint voorzitter College van Bestuur mboRijnland Otto Jelsma. “Er is een enorme ontwikkeling in deze tak van sport. Er zijn al wel contacten met stagebedrijven, maar een hecht samenwerkingsverband waarin je als partners met elkaar optrekt en treedt, dat is belangrijk. De technologische ontwikkelingen gaan zo hard in het veld dat onderwijs, bedrijfsleven én gemeente in triple helix verband de handen ineen moeten slaan om actueel, innovatief en modern beroepsonderwijs te kunnen bieden. Niet alleen in de initiële opleidingen maar ook, gezien de ontwikkelingen en vernieuwingen binnen de bedrijven, voor de zittende medewerkers. Zij moeten zich dit al werkend eigen kunnen maken, het Leven Lang Ontwikkelen dus.”
mboRijnland, voert middelbaar laboratoriumonderwijs uit op locatie van Hogeschool Leiden. Er wordt een lab-ruimte gedeeld en voor een deel het personeel. Joeri van den Steenhoven, College van Bestuur, Hogeschool Leiden legt uit: “Beide groepen studenten staan met elkaar in het laboratorium. Dat creëert mooie samenwerkingen en biedt tal van voordelen voor studenten en het werkveld. We staan als hogeschool midden op het Leiden Bio Science Park. Dat is volop in ontwikkeling en maakt een enorme groei door. Recent is hier het corona-vaccin van Janssen ontwikkeld. De verbinding maken met de ontwikkelingen die op het park plaatsvinden en zorgen dat we daar de juiste talenten voor opleiden zowel op mbo- als op hbo-niveau dat is enorm belangrijk. CIV Bio Sciences helpt om die samenwerking nog hechter te maken en echt met de bedrijven samen te werken. Het zorgt ervoor dat studenten snappen waar ze straks in terecht gaan komen en dat ze bekend zijn met de juiste technieken.
Daarnaast hebben we binnen Hogeschool Leiden, als één van de weinige in Nederland, de opleiding Bio-Informatica. We zien dat dat een thema is waar steeds meer bedrijven mee bezig zijn. Dat willen we graag inbrengen als partner in het CIV Bio Sciences en kan dit CIV uniek maken.”
Jelsma: “Die gebieden gaan steeds meer in elkaar grijpen. Het is belangrijk om in het hart, waar die ontwikkeling plaats vindt met elkaar mee te draaien. Je hebt de data kant, en alles wat daarmee samenhangt, maar je hebt bijvoorbeeld ook de robotica kant, dan ga je meer richting technologie. En wat Joeri zegt, de bio informatica, dat zijn de nieuwe ontwikkelingen in dit vakgebied. Dan heb je nog het cluster van het klassieke laboratorium werk. Als je die cirkels over elkaar heen legt en daarin de bedrijven aanklikt dan heb je iets te pakken met elkaar en dat willen we gaan realiseren in Leiden.”
Wat is een groot voordeel voor bedrijven hierin?
Jelsma: “Zij hebben uit eerste hand nieuwe aanwas: goed opgeleid mbo en hbo personeel die ook nog eens in elkaars verlengde liggen. Maar ook in het kader van Leven Lang Ontwikkelen om eigen medewerkers goed op te leiden volgens de laatste ontwikkelingen. Je profileert je als cluster omdat je bepaalde keuzes maakt. Zo creëer je een magneet werking waar andere takken van sport ook mee verbonden willen zijn. Langs de lijnen van dat ecosysteem, krijg je een mooie impuls.”
Van den Steenhoven: “Omdat we nu veel nauwer samenwerken met bedrijven, ontwikkelen we een Human Capital Agenda (HCA), waarin we in kaart aan het brengen zijn: Wat is de behoefte aan talent? Waar gaat het naar toe in het werkveld en wat betekent dat voor de opleiding? Er wordt een HCA speciaal voor het Park ontwikkeld.”
Hoe is de samenwerking op regionaal niveau?
Jelsma: “De overheid heeft als belangrijke rol dat zij de juiste partijen samenbrengen. De gemeente is de linking pin naar bijvoorbeeld de provincie Zuid-Holland. Zorgen dat dit initiatief scherp onder de aandacht wordt gebracht. Ik denk bijvoorbeeld aan de groeiagenda waarbinnen CIV Bio Sciences als belangrijk cluster wordt aangemerkt. Zo krijg je de verschillende puzzelstukjes in een samenhangend geheel en krijg je een vliegwiel op gang.”
Van den Steenhoven: “Binnen die triple helix ben je met elkaar een ecosysteem aan het bouwen. Met het CIV werken we aan de talentvraag. Er is daarnaast bijvoorbeeld een nieuwe incubator voor start-ups gestart. Want die hebben ook support nodig. We zijn er dus niet alleen voor de grote bedrijven. Kleine bedrijven krijgen ook een rol. Op alle terreinen moet dat eco systeem echt kloppen. Uniek is dat we wat betreft onderwijs de hele keten aanbieden op één plek: mbo, hbo en wo. Als bedrijven hier naartoe komen, dan weten ze dat ze van alle drie de niveaus talent in de buurt hebben. Ook internationaal is dat uniek.
Jelsma reageert enthousiast: “Dat is een hele mooie. Bovendien zit die hele doorlopende lijn niet alleen op onderwijs vlak, maar ook op het researchvlak. Dit CIV heeft de ambitie om naast een lectoraat, een practoraat in te richten. Dan heb je ook nog een keer langs drie onderwijslijnen de onderzoeksketen aan elkaar gelust. Dat is ook een uniek fenomeen.”
Van den Steenhoven brainstormt hardop: “Inderdaad. Een practoraat op het gebied van Bio-Informatica. Dat zou een hele interessante zijn, waar ook de hogeschool een belangrijke bijdrage in kan leveren.”
CIV Bio Sciences staat momenteel in de startblokken. Wat is jullie hoop voor op lange termijn?
Van den Steenhoven: “Ik hoop dat we laten zien wat er gebeurt met het ontwikkelen van talent op dit vlak, zodat bedrijven daar beter zicht op krijgen. Dat we echt goed met elkaar in gesprek komen en blijven over onderwijsvernieuwing en dat we zorgen dat het aansluit bij het werkveld. Dat we zelfs een beetje kunnen helpen bij de vernieuwing van dat veld. Om toch maar weer het voorbeeld te noemen van Bio Informatica, veel bedrijven willen daar wat mee, maar weten nog niet wat. Daarin zien we een taak van het CIV om daarbij te helpen en te vernieuwen.”
Jelsma: “Dat deel ik. Om als volwaardig kennispartner met die bedrijven op te treden. En niet eerst wat de vraag is en dat wij daarop aansluiten, maar dat er wederzijds voordeel van wordt gezien. En dat we elkaar ook langs de HRM lijn weten te vinden. Zodat het meer in elkaar overvloeit.”
Tenslotte, wat is de toegevoegde waarde van studenten, al dan niet werkend met de komst van het CIV Bio Sciences?
Jelsma: “Studenten vallen met de neus in de boter. Ze zijn direct relevant bezig. Niet eerst een stuk onderwijs en dan pas de praktijk, maar meteen in het werkveld aan de gang. Dat is het mooiste wat je als student kan overkomen.”
Gerelateerd nieuws
- Eerste CIV klankbordgroep zet het bio sciences imago op de agenda – een verslag....
- Eerste CIV klankbordgroep zet het bio sciences imago op de agenda – een verslag....
- Samen aan de slag voor voldoende gekwalificeerde vakmensen op het Leiden Bio Science Park. Leiden – Op woensdag 11 januari bracht Henrike Karreman, direct...
- Geschreven door INTO business Leiden Onderwijs en bedrijfsleven werken op het Leiden Bio Science Park steeds meer samen om studenten op te leiden tot de bi...